De Voortuinen: nieuw type woontoren met lineair buitenplafond

Wat ooit het ING-kantoor was, is nu getransformeerd tot een opvallende woontoren. Eén van de meest bijzondere aspecten aan het gebouw, is dat de binnenkern naar buiten is verplaatst: trappenhuis en liften bevinden zich aan de gevel. Hunter Douglas Architectural leverde het buitenplafond voor dit project.

Architectenbureau Studio Elephant noemt het concept zelf passend: coreless, een typologie die voortaan ook voor andere projecten in deze stijl gebruikt wordt. Architect Peter van Gelder was nauw betrokken bij het project. “Heel veel mensen die De Voortuinen voor het eerst zien, denken dat het om een geheel nieuwe woontoren gaat. Maar het is wel degelijk een bestaand gebouw.”

Het coreless concept van De Voortuinen wijkt op belangrijke punten af van de standaard, zo vertel Van Gelder. “Normaal gesproken zou de standaard zijn dat je ergens binnen in het gebouw de kern hebt, waar de liften en het trappenhuis zich bevinden. Dit hebben we nu naar buiten geplaatst, waardoor je een geheel andere dynamiek krijgt. De voordeuren van de appartementen bevinden zich dus aan de buitenkant.”
“Door de liften en trappen in de gevel te plaatsen, krijg je eigenlijk vier kernen aan iedere zijde van het gebouw. Per verdieping worden er maximaal twee woningen per zijde door de lift en trappen bediend. Hierdoor krijgt de bewoner al snel het gevoel dat men een privélift heeft om de woning binnen te gaan.”

Een andere bijzonderheid van De Voortuinen is dat de woontoren geschikt gemaakt is voor woningdelers. Van Gelder: “Juist omdat de kernen tegen de gevel aanzitten, ontstond de kans om daar direct de privéterassen op aansluiten. Zo kun je vanuit de lift op je eigen terras stappen, en vervolgens je eigen gedeelte van het appartement dat je met anderen deelt binnenstappen. Zo hebben woningdelers toch nog een eigen voordeur.”
In een stad als Amsterdam is er eigenlijk altijd behoefte aan meer groen. Ook hier is aan gedacht, vertelt Van Gelder. De terassen van de appartementen zijn vrij diep, zo’n 3 meter. Eigenlijk spreek je eerder van een soort voortuin, dus daarom hebben we in het gehele gebouw een totaal van 120 bomen gëintegreerd, waardoor het gebouw een heel groen uiterlijk krijgt.”

Het ontwerp van de woontoren omvat een groot oppervlak aan buitenplafond, onder de gevelterassen. Hiervoor hebben de architecten gekozen voor een Lineair stalen buitenplafond van het type 70U exterior. Zoals veel plafonds van Hunter Douglas Architectural heeft ook dit type uitstekende akoestische eigenschappen. Door gebruik te maken van een voeg tussen de lamellen, wordt een gedeelte van het geluid niet gekaatst via de lamellen, maar verdwijnt het in het plenum.

Die combinatie van esthetische en akoestische kwaliteiten is precies waar studio Elephant naar op zoek was, legt van Gelder uit. “Eigenlijk kwamen we er vrij laat in het proces pas achter dat het ontwerp met de terassen akoestisch niet heel gunstig was. Dus moesten we op zoek naar een plafond waarbij een gunstige geluidsabsorptie mogelijk was. Maar helaas zijn dat vaak niet de mooiste plafonds.”
Die zoektocht naar esthetische én akoestische kwaliteit leidde de architecten naar Hunter Douglas Architectural. Van Gelder: “Als je voor het gebouw staat, is het buitenplafond meer dan 50 procent wat je ziet. Je wil dus wel dat het in het oog springt. Door de lijnen van het plafond creëer je een extreem grafisch effect, wat de architectonische kwaliteit van het gebouw versterkt. In combinatie met de uitstekende akoestische eigenschappen was dit plafond voor ons de keuze waarbij alle kwaliteiten die we nodig hadden op de beste manier samenkwamen.”